Programma Startbijeenkomst Federatie Bio-economie Nederland
Dagvoorzitter: Ruben Maes
Plaats: Ministerie van Economische Zaken Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC Den Haag, Veegenszaal
Aanvang: 13.00 uur. Einde: 18.00 uur
13.15 Introductie:
- Openingswoord door de Staatssecretaris van I&M, Sharon Dijksma (gevraagd)
- Openingswoord door de SG van EZ, Maarten Camps (onder voorbehoud)
- De oprichting van de Federatie Bio-economie Nederland: openingswoorden vande initiatiefnemers: Dorette Corbey, Roel Bol en Hans Langeveld. Wat willen de initiatiefnemers bereiken met de Federatie, welke dillema’s voorzien ze en hoe willen ze daar mee omgaan?
- Wie doen mee: korte presentatie van de aangeslotenen
- Wie is wie? Korte update van samenstelling van het bestuur, deWetenschappelijke Raad voor de Bio-economie en de Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken voor de Bio-economie
14.15 Werkwijze van de Federatie: wie praat mee en hoe besluit de Federatie? Zie bijlage 1 voor een voorstel.
a. bespreking van het voorstel
b. goedkeuring van het (gewijzigde) voorstel
PAUZE
15.30 Prioriteiten van de Federatie. Wat gaat de Federatie doen? Zie bijlage 2 voor een
voorlopige lijst van prioriteiten.
a. bespreking van de lijst van prioriteiten
b. toevoegingen en schrappen van prioriteiten c. vaststellen van de volgorde
16.45: Conclusies en afsluiting
17.00: Borrel en gelegenheid tot inschrijven bij diverse klankbordgroepen
Bijlage 1: Werkwijze van de Federatie Bio-economie Nederland
De Federatie bestaat uit de volgende onderdelen:
Aangeslotenen: bedrijven, branche-organisaties, NGO’s, ZZP-ers, ZBO’s, bestaande platforms, kennisinstellingen en onderzoekers zijn welkom om zich aan te sluiten bij de Federatie wanneer ze werkzaam zijn op een van de onderdelen van de bio-economie.
Waarnemers: ministeries, provincies en gemeenten zijn welkom als waarnemers bij de Federatie.
Bestuur: circa 8 bestuursleden die verschillende sectoren (bijvoorbeeld chemie, energie, voedsel, bouw, agro) vertegenwoordigen, waaronder ook het Mkb. Daarnaast bestuursleden uit de wereld van de NGO’s en van de wetenschap.
Raad van Advies: 3 leden die gezamenlijk toezicht houden op financiën en naleving van de statuten.
Wetenschappelijke Raad voor de Bio-economie: 15 tot 20 wetenschappers afkomstig uit onder meer de landbouwwetenschappen, maritieme wetenschap, biowetenschappen, biotechnologie, chemie en materiaalkunde, sociale wetenschappen en transitiekunde. De Wetenschappelijke Raad draagt bij aan het reduceren van onzekerheden, attendeert op nieuwe ontwikkelingen, begeleidt de transitie met kennis en reikt ook dilemma’s aan.
Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken voor de Bio-economie: 15 tot 20 leden afkomstig uit of bekend met de praktijk van duurzaamheid en certificering: bedrijven (energie, chemie, brandstoffen, chemie, landbouw, visserij), NGO’s en wetenschappers. De Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken draagt bij aan duidelijkheid over duurzaamheid (wat is duurzaam en wat niet of minder), schetst een lange-termijn perspectief en denkt na over praktische en geloofwaardige invoering.
Klankbordgroepen: adhoc groepen die een advies/standpunt of een activiteit voorbereiden. Klankbordgroepen zijn toegankelijk voor alle aangeslotenen. De klankbordgroepen zijn zo samengesteld dat ze de relevante geledingen, belangen en sectoren vertegenwoordigen. Studentenplatform: een platform dat studenten gelegenheid geeft zich te oriënteren op de bio- economie, er over mee te praten en mee te werken aan de bio-economie.
De samenstelling van het bestuur, de raad van advies en de overige onderdelen wordt zo snel mogelijk bekend gemaakt
Werkwijze
De Federatie Bio-economie Nederland wil op de juiste momenten standpunten innemen en de overheid adviseren over actuele onderwerpen. Daarbij komen ongetwijfeld dilemma’s op en zullen er tegenstrijdige belangen en inzichten zijn. De Federatie wil besluiten bij consensus en tegelijkertijd slagvaardig zijn. Dat kan botsen en dat zal ook zeker gebeuren. Een goede werkwijze die zoveel mogelijk recht doet aan ieders inbreng is tijdrovend. Maar wat we verliezen aan snelheid winnen we aan eensgezindheid en daarmee aan daadkracht. Wij stellen de volgende werkwijze voor:
Voorbereiding van adviezen aan de overheid en algemene standpunten:
- Voor elk advies of voor elk standpunt wordt een klankbordgroep ingesteld, tenzij een van de permanente gremia (de Wetenschappelijk Raad of de Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken) belast wordt met de voorbereiding.
- De klankbordgroepen zijn open: wie mee wil doen, doet mee.
- Het bestuur ziet wel toe op een evenwichtige samenstelling: alle belangen moetenvertegenwoordigd zijn. Is dat niet het geval dan zoekt het bestuur actief naar uitbreidingvan de klankbordgroep.
- De klankbordgroep bereidt het advies voor, en betrekt daarbij zo nodig (buitenlandse)deskundigen en belanghebbenden.
- De klankbordgroep wordt ondersteund door een secretaris die het schrijfwerk doet en zorgt voor een goede communicatie per email. Hij/zij organiseert ook discussiebijeenkomsten (telco’s of live).
- De klankbordgroep schrijft een concept-advies/standpunt en beslist unaniem. Indien een of meer leden zich niet kunnen vinden in (delen van) het conceptadvies dan wordt dat vermeld met de redenen.
- Besluitvorming
- Het resultaat van de klankbordgroep (concept-advies/standpunt) wordt voorgelegd aan alle aangeslotenen via de website.
- Het resultaat van de klankbordgroep, inclusief de reacties via website, wordt besproken in bestuur.
- De klankbordgroep past zo nodig het advies aan.
- Het bestuur besluit het concept goed te keuren en publiceert het standpunt of verstuurthet advies– tenzij het bestuur vanwege een zwaarwegend bezwaar de klankbordgroep vraagt een of meer punten te heroverwegen. Het bestuur besluit bij consensus. Wanneer dit niet mogelijk is, is een drievierde meerderheid voldoende.
- Voorwaarden:
- Dit model werkt alleen als alle aangeslotenen bereid zijn te geven en te nemen, bereid zijn naar elkaar te luisteren en open staan voor compromissen die de bio-economie als geheel vooruit brengen.
- De FBN wil belangenverstrengeling voorkomen. Daarom hanteert de FBN de regel dat bestuursleden die via een of meerdere andere functies een direct belang vertegenwoordigen dat raakt aan het onderwerp van het advies/standpunt, niet deelnemen aan de besluitvorming. Dat wordt ook vermeld in het advies.
- De Federatie werkt waar zinvol en mogelijk samen met andere organisaties op het terrein van de bio-economie.
- De werkwijze wordt binnen een jaar geëvalueerd en vervolgens vastgelegd binnen het ‘huishoudelijk reglement’. De eerste ervaringen worden meegenomen.
- Overig
- De Wetenschappelijke Raad en de Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken kiezen hun eigen voorzitter. Ze hebben beide een secretaris die het nodige schrijfwerk verricht en assisteert bij het organiseren van bijeenkomsten of vergaderingen.
- Het bestuur is verantwoordelijk voor een evenwichtige samenstelling van de Wetenschappelijke Raad en de Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken.
- Het bestuur bewaakt de samenhang tussen de werkzaamheden van de verschillende klankbordgroepen en de Wetenschappelijke Raad en de Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken.
- Het bestuur kan hiertoe een directeur aanwijzen die praktische werkzaamheden verricht en meehelpt de Federatie op te bouwen.Vraag aan aangeslotenen: kunt u zich vinden in deze werkwijze?
Bijlage 2: Wat gaat de Federatie doen?
Het werk van de Federatie is dynamisch: we werken vanuit een visie op de bio-economie en geven daar praktische invulling aan. Door de invulling, de dilemma’s en de ervaring in de praktijk kan de visie weer veranderen. En omgekeerd – nieuwe algemene inzichten kunnen de praktische invulling ook beïnvloeden. De Federatie wil blijven werken aan een algemene visie en aan de vertaling naar de praktijk. In gesprekken met veel betrokkenen hebben we een lijst opgesteld met punten die we zouden moeten aanpakken. We hebben tot nu toe nog een beperkte capaciteit, dus is het van belang om scherp prioriteiten te stellen. Aan de aangeslotenen de volgende vragen:
- Welke punten moeten prioriteit hebben?
- Zijn er nog zaken die toegevoegd moeten worden?
- Zijn er punten die van de lijst af moeten?De lijst:
- Een strategische agenda opstellen voor de bio-economieDe strategische agenda adresseert meerdere sectoren maar ook de overheid. Ook een kennisagenda maakt deel uit van de strategische agenda. De agenda bevat ook een indicatie van wie wat doet en wanneer. De strategische agenda is een rode draad voor de Federatie Bio-economie Nederland en een bron van inspiratie voor de overheid en voor alle betrokkenen. Er zijn al meerdere visies opgesteld, waaronder een kabinetsvisie op de bio-economie (Biomassa 2030) en een kabinetsvisie op de circulaire economie (Nederland circulair in 2050). De Federatie bouwt hier op voort.Hoe? Een brede klankbordgroep is nodig. De Wetenschappelijke Raad voor de Bio- economie kan de kennisagenda opstellen.
- Praktische advisering aan de overheid
De Federatie wil in 2017 en 2018 de overheid steunen door:- Advies voor een reactie op nieuw Europees beleid (bio-economie en RED).Hoe? Klankbordgroep samenstellen (bedrijven en NGO’s)
- Ontwerpen van een concrete en hanteerbare set van duurzaamheidscriteria die benut kan worden voor alle productie van biomassa, ongeacht de toepassing (zie kabinetsvisie) en ontwerp van een werkwijze die het werken met duurzaamheidscriteria voor bedrijven en producenten eenvoudiger maakt.
Wie? Raad voor Duurzaamheidsvraagstukken. - Inzichtelijk maken wat de overheid kan doen om markten te ontwikkelen. Een review van beleidsinstrumenten: (i) overheidsaanbestedingen (overheid als launching customer, voorbeeld VS), (ii) belasting en accijnsbeleid, (iii) verplicht aandeel bio voor grote productstromen (zoals bijvoorbeeld bouwmaterialen, verpakkingen en nu al bestaand bij biobrandstoffen), (iv) subsidies (zoals nu al bestaat voor hernieuwbare energie), en (v) overig.Wie? Klankbordgroep met vertegenwoordigers van bedrijven en wetenschappers.
NB: Alternatief: Binnen de Federatie een min of meer permanente Raad oprichten: de Raad voor Marktontwikkeling en Financiering - Opstellen van een routekaart om belemmerende wetgeving op te ruimen. Er bestaan al diverse lijsten van belemmerende regels. Welke hebben prioriteit? Wat is er nodig? Is ook een wijziging nodig van EU-regelgeving of kan het op nationaal niveau? Zijn er voorbeelden uit andere landen? Wie?: Klankbordgroep met vertegenwoordigers uit diverse sectoren en NGO’s.
- Ontwerp van een strategie om het aanbod van duurzame biomassa te vergroten. Er is nog steeds onzekerheid over de beschikbaarheid van duurzame en betaalbare biomassa.
Wie? Wetenschappelijke Raad voor de Bio-economie. - Bijdragen aan de totstandkoming van de transitieagenda’s voor de verschillende sectoren, inclusief kennisontwikkeling en –toepassing. Dit is een uitwerking van de algemene strategische agenda (zie punt 1) voor diverse sectoren.
- Oprichting van een biobased label.In de VS bestaat een mooi label voor biobased producten, met daarop aangegeven het aandeel bio in het product en in de verpakking. Er is een lijst met standaarden voor honderden producten die in grote lijnen toegepast kan worden in Europa. Een verkennend onderzoek is nodig om (a) de belangstelling te peilen voor invoering van zo’n label binnen de EU (b) de voorwaarden te benoemen waaronder het US-label in Europa toegepast kan worden en (c) de toegevoegde waarde van dit label binnen de EU scherp te krijgen.Wie? Bestuur wijst iemand aan die het verkennend onderzoek kan doen, begeleid door een klankbordgroep.
- Verbinden en informeren.De Federatie Bio-economie Nederland verbindt brancheorganisaties, biobased platforms, bedrijven, kennis- en onderwijsinstellingen en NGO’s en informeert een breder publiek over de voordelen (en waar nodig ook nadelen) van de bio-economie. Daarvoor maakt de Federatie gebruik van sociale media en van een website.
- Uitbouw website. De website biedt (naast onze visie en algemene informatie) informatie over alle aspecten van de bio-economie: van landbouw tot chemie, van biodiversiteit tot nieuwe technologie en relevant beleid in Nederland en daarbuiten. Daarnaast zijn er inspirerende voorbeelden van bedrijven (venster voor bedrijven), kennisinstellingen, en uit het onderwijs.
- Eventueel in samenwerking met andere initiatieven een marktplaatsfunctie toevoegen aan de website (vraag en aanbod van bijvoorbeeld reststromen of procestechnieken, maar ook van kennis en mensen)
- Een actieve rol naar een breder publiek innemen door opiniërende stukken te publiceren, voorlichtingsactiviteiten en debatten te organiseren enz.
Wie?: diverse taken – voor een deel uit te voeren door free lance medewerkers. Het studentenplatform kan eveneens een rol krijgen.
- Living labs en workshops. Activiteiten/bijeenkomsten rondom concrete thema’s organiseren, zoveel mogelijk in samenwerking met bestaande platforms en betrokkenen. De bijeenkomsten zijn gericht op kennisuitwisseling en (gezamenlijk) leren. Onderwerpen kunnen zijn: bioplastics, zeewieren, nieuwe technologie en processen, enz.Wie? De Wetenschappelijke Raad voor de Bio-economie verzamelt suggesties en stelt een groslijst met onderwerpen voor. Uitwerking met behulp van betrokken bedrijven en bijvoorbeeld het studentenplatform.
- Internationale samenwerking.De Federatie stelt een prioriteitenlijst vast met landen en thema’s voor samenwerking. Sommige aantal landen zijn belangrijk voor productie van duurzame biomassa, een aantal landen is ook zeer actief op het gebied van technologieontwikkeling. Met welke landen moeten we samenwerking zoeken op welke thema’s? Wat kan de EU doen en wat zou Nederland zelf moeten oppakken?Wie? Een klankbordgroep samenstellen.